Dichtbij het centrum van Gent herontwikkelde sogent een verlaten metaalfabriek tot een levendig cohousingproject en een wijkgezondheidscentrum. Het zuidelijke deel van de oude fabriek werd omgevormd tot een openbaar park. Dat park verbindt het woonproject met het bestaande Bijgaardepark, dat in een klap 2.000 m² groter werd.
Het Bijgaardepark ligt op het terrein van de oude fabriek van Malmar, tussen de spoorlijn en een Gentse woonwijk en vlakbij het treinstation Dampoort. De oorsprong van de site gaat terug tot de 13e eeuw. Het was toen een boomgaard, waar de monniken van de Sint-Baafsabdij bijen voor honing paneerden. In de 20e eeuw was het fabrieksterrein in handen van het metaalbewerkingsbedrijf Malmar, dat gespecialiseerd was in het snijden en vormgeven van verschillende metalen. Na het vertrek van het bedrijf in 1997, stond de fabriek jarenlang leeg. De oude fabrieksgebouwen raakten in verval en trokken krakers en ook graffitikunstenaars aan, zoals de bekende urban streetart- kunstenaar ROA. De kelder van het zuidelijke deel van de fabriek bood onderdak aan een zeldzame populatie vleermuizen.
In 2007 kocht stadsontwikkelingsbedrijf sogent het volledige terrein, met als doel het leegstaande industriegebied te renoveren. Het noordelijke deel van de oude fabriek werd omgebouwd tot het cohousingproject Bijgaardehof. Binnen de zuidelijke fabrieksmuren zou een extra stuk park komen. Vanaf het begin was het park bedoeld als een plek voor interactie tussen de co-housers en de buurt.
Met zijn 2000 m2 creëert het park letterlijk een verbinding tussen het cohousingproject en het bestaande Bijgaardepark, dat voor iedereen toegankelijk is. Het park is volledig omgeven door de oude fabrieksmuren, maar dankzij enkele slimme openingen is er een visuele verbinding met het bestaande park. Een groot deel van de graffitikunstwerken van ROA bleef bewaard, zodat alle parkbezoekers er steeds van kunnen genieten. Door de jarenlange leegstand vormden de oude loodsen een ideale biotoop voor enkele zeldzame varensoorten en een unieke kolonie vleermuizen. De varens werden gerecupereerd en opnieuw geplant in het nieuwe park. Een deel van de kelder bleef behouden en ingericht als verblijf- en overwinteringsplaats voor de vleermuizenkolonie. Speciale maatregelen moeten de luchtvochtigheid in de kelder op peil houden, waarbij ook extra schuilplaatsen in de keldermuren werden toegevoegd.
Het industrieel-historische karakter van de site is nog steeds heel goed zichtbaar. Zo dienen de kenmerkende bakstenen buitenmuren en de metalen spantstructuur nu als kader voor klimplanten. De varentuin is een rustige plek, waar bezoekers in de luwte van het groen kunnen genieten. Ook het moestuinproject van vzw De Bijgaard kreeg er een definitieve plek. Het nieuwe stuk park werd in september 2022 officieel geopend. Na jaren van leegstand is het voormalige industriegebied nu een levendig cohousingproject en een mooi openbaar park, waar Gentenaars elkaar kunnen ontmoeten en waar ze kunnen ontspannen.